Het is normaalgesproken na een ziekenhuisafspraak een nietszeggend rondje lopen door winkelcentrum Gelderlandplein, maar vandaag ben ik echt op missie.
Sinds een tijd ga ik af en toe zwemmen. Wel in een ondiep warmwaterbad, want zo’n held ben ik nou ook weer niet.
Ik heb mijzelf tekort gedaan door de afgelopen jaren nauwelijks aandacht te besteden aan enigszins toonbare badkleding. Nu mag ik van mijzelf wel iets aanschaffen wat er ook leuk uitziet naast dat het functioneel is.
Ik ken de weg op het Gelderlandplein goed, dus ik loop recht op de winkel af waar ik hoop iets te kunnen vinden.
Het is zo’n winkel waar je bij de uitgehangen kleding eerst zo onopvallend mogelijk de prijskaartjes omdraait om te kijken of de prijs matcht bij de inhoud van je portemonnee, voordat je het überhaupt uit het rek pakt.
Aangezien de winkel volhangt met badkleding en ik mijzelf de zoektocht wil besparen, maak ik graag gebruik van de hulp die de verkoopster aanbiedt.
Ik geef haar wel aan dat het niet te bloot mag zijn, geen beugels mag hebben, geen diamantjes, geen glittertjes, geen letters of merken erop, het mag niet te tuttig zijn en niet te sportief. Wel fijn voor de verkoopster dat ik niet zo kritisch ben.
Met messen snijdende gebaren probeer ik uit te leggen hoe mijn lijf er ongeveer uitziet na twee transplantaties en andere lichamelijke heisa en dat een badpak daar beter bij past dan een bikini.
Mijn lijf ‘vergane glorie’ noemen zou wat negatief zijn voor wat het allemaal heeft weten te doorstaan. Laten we het een ‘trip down memory lane’ noemen; met een herinnering en verhaal bij elk litteken. Het is inmiddels een boek.
Een boek waar ik me niet voor hoef te schamen, maar waar ik ook niet mee te koop wil lopen in een zwembad. Als ik naar een zwembad ga, dan kom ik daar om te zwemmen en niet om bekeken te worden alsof ik een zeldzame bezienswaardigheid ben.
Met een stapel badpakken stuurt de verkoopster mij het kleedhok in.
Het paarse badpak van de door de verkoopster uitgezochte badpakken hang ik meteen apart. Die ga ik niet passen. Ik heb een haat-liefde verhouding met de kleur paars. In mijn Pulmonale Hypertensie tijd heb ik voor mijzelf een verbod ingesteld op het dragen van deze kleur die zo ‘ton sur ton’ zou worden met de kleur van mijn lippen, gezicht en benen. De Pulmonale Hypertensie is verdwenen, de paarse kleur ook, maar het verbod is min of meer gebleven.
Terwijl ik nog even goed kijk naar het mooie zwart-beige badpak dat ik na alles passen nu als laatste aanheb, heb goedgekeurd en wil kopen, hoor ik dat in het kleedhok naast me een vrouw ook badkleding gaat passen.
‘Dat zwart-beige badpak dat je voor die mevrouw hebt uitgezocht, heb je dat nog?’ hoor ik haar vragen.
‘Oh joh, ze bedoelt dit badpak. Zie je wel, dit is inderdaad de juiste keuze’ denk ik meteen.
‘Nou meid, met jouw mooie lijf en prachtige figuur moet je geen badpak aantrekken hoor, dat is leuk voor als je 80 bent. Voor jou pak ik een bikini’ hoor ik de verkoopster tegen de vrouw in de paskamer zeggen.
Twijfelend kijk ik naar mijzelf in de spiegel. Net voordat ik mij wil laten kwetsen door haar opmerking, fluit ik mijzelf terug. Kijkend in de spiegel spreek ik mijzelf streng toe: ‘Hallo vriendin, je hebt al 13 jaar kunnen wennen aan al die littekens en je veranderde lijf, het is onderhand wel klaar met dat gejank erover, vind je niet?’
Ik bedenk maar weer dat het een godswonder blijft dat ik nog overeind sta, dus ik probeer snel te vergeten wat ik net hoorde. Bovendien besef ik dat de verkoopster ook maar wat zegt om iets te kunnen verkopen.
In een stad waar een cosmetisch gerenoveerd lichaam bijna de norm lijkt te worden, val ik met mijn gehavende lijf wellicht wat uit de toon, maar het is wat het is, bedenk ik, want ik ga niet op die manier aan mij laten sleutelen.
Ik laat me niet verder beïnvloeden door de verkoopster en loop met het badpak het kleedhok uit richting de kassa. ‘En?’ vraagt de verkoopster ‘Is het gelukt?’.
‘Jazeker’ antwoord ik blij ‘Ik hoorde net wel dat je een badpak iets voor bejaarden vindt, dus ik ben er misschien net wat te jong voor, maar ik koop ‘m hoor’. De verkoopster kijkt me ietwat ongemakkelijk aan.
Trots loop ik met mijn net gekochte badpak de winkel uit.
Wat zullen ze jaloers zijn op mijn badpak, de 80 jarigen in het warmwaterbad.

Comments